Planvisie De Brede School Woerden
1. INLEIDING ONTWERP
In het ontwerp dat voor u ligt heeft het kind een centrale rol gespeeld. Het creëren van een veilige en stimulerende omgeving voor de kinderen en hun begeleiders in structuur, vorm en kleur heeft een grote invloed gehad in de verschijningsvorm van het project.
De brede school is het hart in het netwerk van diensten in de buurt/wijk met aan de ene kant als doel actieve deelname van kinderen aan de samenleving te bevorderen, een goede dagindeling te bieden, mogelijke leerachterstanden van kinderen weg te nemen en hun sociale competentie te vergroten. Aan de andere kant heeft de brede school ook als doel om buiten schooltijden als een wijkgebouw te fungeren, Volwassenen kunnen dan terecht voor bijvoorbeeld een voorlichtingsavond, een taal= of computercursus, een creatieve avond, muziekles of een bezoek aan een zorgcluster. Met andere woorden, zij heeft tot doel de ontwikkelingsmogelijkheden de hele wijk te stimuleren en te optimaliseren.
De beide scholen vormen het hart van het netwerk binnen deze brede school. In het ontwerp wordt de samenwerking tussen de partners in het netwerk fysiek gemaakt. De scholen zijn verbonden met elkaar en de overige voorzieningen t.b.v. vroegschoolse- en buitenschoolse opvang, zorg, bibliotheek en sport. Zij vormen gezamenlijk een herkenbare en prettige ontmoetingsplek, een ankerpunt voor de wijk. Een plek waar de wijk trots op kan zijn.
Gesprekken met de gebruikers c.q. opdrachtgevers hebben een aanvulling gegeven op onze zienswijze. Een belangrijk aanvullend inzicht dat wij hieruit hebben gedistilleerd is ’zelfstandigheid maar wel samen’ (eenheid in verscheidenheid).
Naast het programma van eisen hebben opmerkingen van de omwonenden met betrekking tot overlast, gebrek aan uitzicht, verkeersdruk, parkeren en verlies van openbaar groen invloed gehad op het ontwerp.
Omdat onderwijs constant in beweging is en toekomstige veranderingen hiervan niet direct te overzien zijn, is het gehele complex uitgevoerd als een skelet van dragende kolommen en balken met een flexibele indeling waardoor de gebruiksflexibiliteit van ruimtes optimaal benut kan worden.
De woningen bovenop de brede school completeren de integratie in de wijk. De combinatie van scholen, voorzieningen en woningen zorgt ervoor dat gedurende een groot deel van de dag mensen in en rond het complex aanwezig zijn. Wellicht dat bewoners zich in de toekomst in kunnen zetten voor de brede school en vice versa. De sociale controle rond het complex wordt hiermee gegarandeerd.
Bovenstaande invloeden zijn de voedingsbodem geweest voor het bijzondere karakter van het brede scholencomplex voor het Schilderskwartier in Woerden. Een gebouw met een eigen beeld en met vele herkenbare gezichten.
2. STEDENBOUWKUNDIGE INPASSING
Het project maakt deel uit van het Schilderskwartier in Woerden. In deze wijk zullen in de nabije toekomst de nodige veranderingen plaatsvinden. De bebouwing kenmerkt zich aan drie zijden door eenvoudige 60er jaren eengezinswoningen met kleine tuinen en herkenbare, door de buurt hoog gewaardeerde, groenstroken met bomen als begeleiding van de wegen.
De locatie heeft een drukke zuidzijde, ´het Toernoysveld´ met parkeergelegenheid waaraan het winkelcentrum en een groot appartementencomplex gelegen zijn. De rustige noordzijde wordt begrensd door een mooie singel. De Jozef Israëlslaan aan de oostzijde is de doorgaande route naar het centrum en bovendien de belangrijkste ontsluitingsroute naar het Kalsbeek college.
Ons ontwerp is van dusdanige kwaliteit dat het als ankerpunt in de wijk zal dienen. De vorm, de plasticiteit, de gebruikte materialen en kleuren van het gebouw spelen een belangrijke rol. De scholen en voorzieningen delen de locatie in tweeën waardoor twee schoolpleinen gecreëerd worden. Deze liggen aan de zuidoost- en de zuidwestzijde en centraal (de patio) in de locatie. Doordat de schoolpleinen verhoogd liggen ten opzichte van het maaiveld, worden ze op een natuurlijke wijze afgescheiden van de openbare ruimte. De visuele verbindingen met de openbare ruimte blijven echter bestaan.
De buitengevels van de scholen kenmerken zich door een golvende rode baksteen met kleurige accenten ter plaatse van de entrees en de hellingbanen. De binnengevels aan het plein hebben hun eigen kleurenpallet waardoor er herkenbare en individuele gebouwdelen (functies) ontstaan.
Aan de noordzijde van het complex staan, opgetild boven de school, twee kleine stadsvilla’s. De blokjes staan enigszins gedraaid ten opzichte van elkaar waardoor een vloeiende beweging ontstaat die de kromming in de Jan Steenstraat opvangt. Aan de zuidzijde zijn de woningblokken in het midden van de locatie tegen elkaar gedraaid, waarbij de ruimte tussen de beide blokken overspannen wordt met een glazen dak zodat op deze wijze een transparant atriumgebouw ontstaat.
Een bijkomend voordeel is dat de afstand van de nieuwe woningen tot de bestaande bebouwing groot blijft. De woningen op het complex hebben een mooi glanzende steen, in de gevels hiervan zijn gekleurde vlakken opgenomen die refereren aan de functie van de onderbouw.
3. ARCHITECTONISCHE VERSCHIJNINGSVORM EN INTERIEUR
Veel ontwerpkeuzes zijn gemaakt vanuit de wens een mensvriendelijk gebouw te ontwerpen dat duidelijk herkenbaar is in de buurt.
Het complex geeft haar vorm in gelaagdheid weer.
De parkeerlaag met de bergingen in het souterrain, vormt een plint van een meter hoog welke alleen aan de noordzijde van het complex herkenbaar is. Op kolommen daarboven staan drie mooie gemetselde appartementengebouwen als compacte, zelfstandige bouwvolumes met hun eigen krachtige ritmiek. De woningen in deze appartementen-gebouwen hebben ruime balkons (12 à 16 m2) die uitkijken over de (school)pleinen.
In de ruimte die ontstaan is tussen het souterrain en de appartementengebouwen en de plint, meandert de brede school met haar eigen uitbundige vormentaal en kleuren.
De beide scholen flankeren – als ouders hun kind – links en rechts de gemeenschappelijke functies en omsluiten gezamenlijk met de peuterspeelzalen een grote patio van circa 400 m2.
De entrees van de scholen en de voorzieningen liggen aan de twee pleinen, welke beide naar de wijk gericht zijn. De hoofdentrees van de beide scholen worden ieder benadrukt door de gekleurde volumes van de kleutergroepen.
De lokalen voor de bovenbouw liggen aan de rustige noordzijde van het complex en hebben uitzicht op de singel. Zij vormen met hun grote ramen, afgewisseld met de relatief gesloten vlakken van de additionele ruimtes, de ritmiek van de gevel. De ramen van de gevels die aan de schoolpleinen liggen zijn anders vormgegeven en kleiner van afmeting. De gevels zijn uitgevoerd in meerdere kleuren metsel- en tegelwerk. Aan deze pleinzijden vormen de gevels van de verschillende functies hun eigen gezicht naar de wijk.
Interieur
Het belang van de kwaliteit van daglicht in de verschillende ruimten mag niet worden onderschat. In het plan valt daglicht op verschillende manieren in de ruimtes. Soms via grote glasvlakken, dan weer door hoog gelegen kleine ramen en andere keren indirect via de patio of het atrium van de woningen. Het speelt een belangrijke rol bij het realiseren van een comfortabel binnenklimaat.
Het kleur- en vormgebruik van de buitenzijde wordt in het interieur van de school doorgevoerd. Lokalen zijn herkenbaar voor de kinderen door hun eigen vorm en kleur van vloeren, deuren en wanden. De verkeersruimten variëren in vorm en kleur en hebben soms een uitstulping waar activiteiten van verschillende aard in een kleine huiselijke sfeer georganiseerd kunnen worden.
4. GEVELBEELD
De bijzondere functie van het complex in de wijk is duidelijk afleesbaar in de gevels. De gevels aan de pleinen hebben een uitnodigende uitstraling in zowel kleur, vorm en materiaaltoepassingen. De toegepaste materialen zijn mooi maar ook vandaalbestendig.
De basis bestaat uit baksteen in verschillende kleuren gemetseld met een terugliggende voeg. De kleuraccenten in de gevels bestaan uit tegelwerk of geglazuurde baksteen. De kozijnen zijn uitgevoerd in fsc-hardhout en liggen verdiept in de negge.
De gevels aan de noordzijde zijn relatief open en aan de zonzijden deels gemetseld met diepe negge in de kozijnen om de warmtelast van de zon te beperken.
De zonwering wordt geïntegreerd in de gevel en valt boven het kozijn weg achter de stalen gevellateien.
5. PERSPECTIEVEN
6. ONTSLUITING
Via brede uitnodigende trappen en de naastgelegen hellingbaan komt men op de beide schoolpleinen. Deze pleinen vormen een veilige bufferruimte tussen de openbare weg en de scholen. Hieraan liggen duidelijk herkenbaar de entrees van de scholen, peuterspeelzalen, gymzaal, buitenschoolse opvang, GGD en de overige diensten. Te voet kan men de pleinen via de Anton Mauvestraat, Toernoysveld en de Jozef Israëlslaan bereiken. De fietsenstallingen voor de beide scholen liggen op maaiveldniveau aan de lange zijde langs de beide pleinen. Door de verdiepte ligging ten opzichte van de scholen wordt het schoolplein niet ontsiert door fietsen en is vanuit de lokalen zicht op de fietsenstalling mogelijk.
Komt men per auto de kinderen wegbrengen of ophalen dan kan men gebruik maken van de ‘kiss and ride’ plek aan het Toernoysveld waardoor de kinderen op een verkeersveilige manier bij school worden afgezet. Het intensieve fietsverkeer voor het Kalsbeek college wordt op deze wijze minimaal gehinderd.
De woningen worden niet aan de schoolpleinen ontsloten. Zij worden voor het zuidblok aan het Toernoysveld en voor de beide noordblokken aan de Jan Steenstraat separaat ontsloten.
7. PARKEREN
De verkeersstroom van en naar de parkeergarage is i.v.m. veiligheid gescheiden van de entree van de scholen en bevindt zich aan de Jan Steenstraat. De parkeergarage bied plaats aan 82 auto’s. Medewerkers van de scholen en bewoners kunnen hun gebouwdelen vanuit de parkeergarage bereiken. De fietsenstalling voor het personeel zou in de parkeergarage gesitueerd kunnen worden. Aanleveren en afvoeren van toestellen e.d. voor de gymzaal kan worden uitgevoerd via de parkeergarage. De beveiliging van de parkeergarage is gegarandeerd door automatische sectionaldeuren met een open karakter die bediend worden vanuit de langs de rijbaan opgestelde elektronische toegangscontrolezuil (badge bediening). Voor bezoekers is er parkeerruimte in de Jan Steenstraat (30 parkeerplaatsen) en aan het Toernoysveld (80 parkeerplaatsen). Ouders en anderen die de scholen peuterspeelzalen of andere functies willen bezoeken kunnen hun auto parkeren aan het Toernoysveld.
8. BEPLANTING
De bestaande groenstroken met bomen en struiken worden zoveel mogelijk gehandhaafd en zo mogelijk verbreed. Op sommige plaatsen zal herinrichting nodig zijn, hiervoor zal in overleg met de gemeente en andere partijen een voorstel worden gedaan.
De voetpaden aan de Anton Mauvestraat en de Jozef Israëlslaan worden verplaatst van de straatzijde naar de pleinzijde van de scholen zodat er veilige voetpaden ontstaan. Op het Toernoysveld en op de schoolpleinen worden bomen geplant, op de patio worden groenvoorzieningen aangebracht.
Mogelijk kunnen, indien tijdig maatregelen genomen worden, bestaande bomen worden verplaatst.
9. PROGRAMMA
Het programma voor de locatie bestaat uit twee verschillende hoofdfuncties. Ten eerste de brede school met twee scholen, twee peuterspeelzalen, een buitenschoolse opvang, een GGD post, een wijkpost, een bibliotheeksteunpunt, een gymzaal en enkele overige buurtvoorzieningen en ten tweede de woningen gecombineerd met parkeren.
De hoofdopzet.
Door verschuiving van inzichten en functies in de tijd, zullen veranderingen in het gebruik van ruimten mogelijk moeten zijn. In het ontwerp voor de brede school is gestreefd naar een grote mate van flexibiliteit in gebruik- en indelingsmogelijkheden. De structuur van de brede schoollaag wordt uitgevoerd als een kolommenraster. Scheidingswanden zijn, met inachtneming van de voorschriften, op een eenvoudige manier te verplaatsen. Door het verplaatsen van puien in de verkeersstructuur kunnen op een eenvoudige wijze verschillende programma-delen van het gebouw met elkaar gekoppeld worden.
Ontsluiting
Met uitzondering van de woningen worden alle programmaonderdelen ontsloten aan de beide pleinen. De scholen hebben beide drie entrees. Een hoofdentree die centraal in de school is gelegen en waar de gemeenschappelijke ruimtes, de bibliotheek en de personeelsruimtes in de directe nabijheid liggen. De beide andere entrees worden hoofdzakelijk gebruikt door de onderbouw en de bovenbouw om van en naar het schoolplein te komen en worden gebruikt als vluchtmogelijkheid bij calamiteiten.
Koppelingen
De scholen zijn zowel fysiek als in het gebruik met elkaar verbonden via de gemeenschappelijke ruimtes, de bibliotheek en de patio. De patio kan gebruikt worden als buitenruimte voor de allerkleinsten van zowel de scholen als van de peuterspeelzalen.
De speellokalen en de speelruimtes van de peuterspeelzalen en de speelhal, met grote daglichtopeningen in het dak, kunnen met elkaar verbonden worden zodat er een grote speelvoorziening ontstaat die voor verschillende gezamenlijke doelen gebruikt kan worden. Op brede schoolniveau kunnen de gemeenschappelijke ruimtes en de patio hier nog bij getrokken worden, waardoor een grote gekoppelde ruimte ontstaat voor gebruik bij gezamenlijke schoolprojecten en bijvoorbeeld de scholenmarkt voor de groepen 8 enz.
Speelplaatsen
Vanuit de entree van de onderbouw kan men direct op de speelplaats van de onderbouw komen. Door middel van een lage afscheiding worden de speelruimten van onder- en bovenbouw herkenbaar van elkaar gescheiden. De bovenbouw kan via de eigen entree naar de speelplaats van de bovenbouw. Vanuit verschillende lokalen en de personeelsruimten heeft men controle op de speelplaatsen en de fietsenstalling.
Vanuit gemeenschappelijke ruimtes, de onderbouw, de speellokalen en de speelruimten kan men direct in de patio, een mooie grote en veilig omsloten buitenruimte, komen.
Gymzaal
De gymzaal ligt centraal tussen de voorzieningen en kan door de beide scholen eenvoudig binnendoor worden bereikt. De zaal heeft aan het schoolplein van de Willem Alexander-school een eigen entree ten behoeve van gebruikers van buiten het complex. Omdat de gymzaal een grote verdiepingshoogte vraagt ligt deze verzonken in de kelderverdieping. I.v.m. het schoonhouden van de zaal kan deze alleen via de kleedkamers bereikt worden. De vluchtroute loopt via de parkeergarage en de bergingen. Naast het raam in de leerkracht-ruimte kan men vanuit verschillende kanten binnen het complex toezicht houden op de zaal. Via vier grote lichtopeningen in het dak valt daglicht via het atrium van de woningen de zaal binnen.
Buitenschoolse opvang en peuterspeelzalen
De BSO en de PSZ hebben gezamenlijk een ingang en centrale hal. Vanuit de hal hebben deze functies hun eigen entree naar de eigen ruimtes. Vanwege het volgtijdelijke karakter van beide functies zal men geen hinder van elkaar ondervinden. De grote (oefen)keuken en de expressie en techniekruimte zijn in de BSO-cluster opgenomen maar kunnen tijdens de schooltijden door beide scholen gebruikt worden. Ook hier kunnen de scholen binnendoor deze ruimtes bereiken. Deze ruimtes zijn ook ’s avonds voor gebruikers uit de wijk te beschikbaar. De huiskamer van de BSO ligt naar de wijk gekeerd, op de kop van het gebouw en is van buiten onder andere herkenbaar door het grote ronde raam in de gevel en heeft een eigen deur naar de speelplaats. De BSO kan ook eenvoudig binnendoor de gymzaal bereiken. Vanuit de verkeersruimte van de BSO kan in de zaal gekeken worden en is controle op activiteiten in de zaal mogelijk.
Zorgcluster
Het zorgcluster heeft haar eigen entree en ligt net als de BSO gekeerd naar de wijk op de kop van het gebouw aan het Toernoysveld. Het wijkpunt en de beheerder van het gebouw kunnen van dezelfde entreehal gebruik maken. Via de entreehal komt men in de grote ontvangst-, wacht- en inloopruimte waaraan de ruimtes van de artsen en verpleegkundigen liggen. Ook dit cluster heeft een interne verbinding naar de scholen welke, indien gewenst, gebruikt kan worden.
Beheersbaarheid
Omdat de verschillende gebouwfuncties intern met elkaar verbonden zijn, moet vroegtijdig een sleutel en beheersplan worden opgesteld waarin de bevoegdheden van de verschillende gebruikers worden vastgelegd. Ook technische voorzieningen als alarmering, verlichting, verwarming en ventilatie van de verschillende clusters moeten zodanig zijn ingericht dat verschillende gebruikers op verschillende momenten van de dag van de clusters gebruik kunnen maken. Om energieverbruik per cluster te registreren worden er tussenmeters in de installatie geplaatst. Als bijvoorbeeld de muziekschool op een koude winteravond gebruik maakt van de expressie en techniekruimte, dan is het toch prettig dat van de bovengenoemde techniek gebruik gemaakt kan worden.
Ict
Ten behoeve van beide scholen wordt een ICT infrastructuur aangelegd vanuit de ict-ruimte naar de lokalen en de personeelsruimten met een hoofdbekabeling in de installatieruimte boven de verkeersruimten. Vanuit deze verkeersruimten kunnen een aantal draadloze satellieten aangesloten worden zodat de bekabeling in de lokalen achterwege kan blijven. Bovendien is de flexibiliteit van het aantal computers per lokaal op deze wijze maximaal.
Flexibiliteit
De woningen worden uitgevoerd als levensloopbestendige woningen in één grote overspanning. Binnen dat stramien zijn behalve de voorgestelde, ook andere woningplattegronden te realiseren. In de toekomst is de mogelijkheid van zorg aan huis realiseerbaar. Als voorbeeld van functieverandering in de toekomst kan een deel van de ruimtes in de brede school, wanneer het kinderaantal structureel afneemt, als huisvesting van zorgfuncties voor ouderen ingezet worden.
De structuur van het concept ondersteunt de flexibiliteit van het ruimtegebruik. Door verschuivingen van inzichten en functies in de tijd zijn veranderingen in het gebruik van de ruimten mogelijk. De structuur van het gebouw op de brede schoollaag (de plint) is gebaseerd op kolommen en balken met een lichte invulling. Wanden zijn hierin, met inachtneming van de eisen en voorschriften, op een eenvoudige manier te verplaatsen. Het installatieconcept is hieraan dienend. Dit betekent voor elektra dat er geen netspanning (230V) in de verplaatsbare wanden aanwezig is en de verlichtingszones zijn eenvoudig met elkaar te koppelen of te ontkoppelen. De verwarming en luchtbehandeling zijn in de structuur mee ontworpen en zijn eenvoudig aan te passen. Wanneer in de toekomst delen van het gebouw voor andere gebruikers vrijkomen, kan de energiegebruikregistratie op een eenvoudige manier worden aangepast. Het gevelconcept van het gebouw is zodanig ontworpen dat een nieuwe gebruiker, indien gewenst, zelfs een andere eigen identiteit naar buiten in de vorm van een nieuwe gevel kan realiseren. De ‘plint’ van het totale gebouw, waar alle voorzieningen in gehuisvest worden, zal in de loop van de tijd aan veranderingen onderhevig zijn en van aanblik veranderen.
9. CONSTRUCTIE
Voor de constructieve opzet is gekozen om, zoals eerder genoemd, een gebouw te realiseren waarin ruimtelijke flexibiliteit gedurende de levensduur van het gebouw mogelijk is. Om dit mogelijk te maken is gekozen voor een kolommen structuur in de parkeerlaag
(niveau -½) en de scholenlaag (niveau +½). De constructie van de twee lagen woningen hierop bestaat uit betonwanden en breedplaatvloeren. Om te voorkomen dat er geluidsoverlast ontstaat tussen de boven elkaar liggende functies, krijgen de woningen zwevende dekvloeren en wordt er een betonvloer van voldoende massa aangebracht.
10. ORGANISATIE EN BETROKKENHEID VAN ALLE PARTIJEN GEDURENDE HET ONTWERP EN VERVOLGPROCES
Het plan dat voor u ligt is een goede basis om vanuit te vertrekken. Omdat de inbreng van de gebruikers tijdens het ontwerpproces beperkt is gebleven tot twee bijeenkomsten, zal het plan in de eerste weken na de gunning aangepast en bijgesteld moeten worden op de wensen van de gebruikers. Betrokkenheid in een proces als dit is een must voor alle partijen, gezamenlijk zal dit tot een prachtig resultaat leiden.
Hieronder wordt globaal de organisatie van het proces weergegeven, in de bijlage komen we hier nog nader op terug.
Voor de ontwikkeling van de brede school (perceel A) worden er perceelcommissies gevormd. Deze commissies zullen tweewekelijks een perceeloverleg houden. In deze besprekingen worden geen afspraken gemaakt maar ideeën, wensen en voorwaarden uitgewisseld.
Afspraken worden gemaakt in het eveneens tweewekelijks contractteamoverleg dat wordt bijgewoond door de gemeente, Kanters Projektontwikkeling en Rooden Architecten.
Voor de ontwikkeling van het appartementengebouw en de patiobungalows (perceel B) wordt er ook een perceelcommissie gevormd bestaande uit de gemeente, Kanters Projektontwikkeling en Rooden Architecten. Ook deze commissie houdt een tweewekelijks perceeloverleg en ook hier geldt dat in dit overleg geen afspraken worden gemaakt maar ideeën, wensen en voorwaarden worden uitgewisseld. Afspraken worden gemaakt in het bovengenoemd contractteamoverleg.
De organisatie vanuit de perceelcommissies maakt dat alle partijen constant over de ontwikkelingen geïnformeerd worden. Vanuit het contractteamoverleg zullen alle partijen weer geïnformeerd worden over de gemaakte afspraken.
De formele opdrachtgever is de gemeente Woerden. Zij reguleert de geldstromen van de brede school, keurt formeel de plannen goed en voert het secretariaat van de perceelcommissies en de contractteams.
De ontwikkelaar zit in de perceelcommissies en contractteams als risicodrager voor de woningen, om de kosten van het project en later de kwaliteit van de uitvoering van het project te bewaken.
De architect zit in de perceelcommissies en contractteams om als ontwerper het programma van eisen en wensen van de brede school alsmede voor de woningen vorm te geven, voor de bouwkundige uitwerking en de begeleiding van de plannen in de verschillende stadia van ontwikkeling en uitvoering, ten behoeve van de opdrachtgevers.
Het contractteam wordt afhankelijk van de noden van dat moment aangevuld met adviseurs voor installaties, constructies enz.
Aan het begin van het project wordt de projectplanning vastgesteld waaraan alle partijen zich dienen te conformeren. De planning is een terugkerend element in de besprekingen.
De opdrachten voor en het afsluiten van de verschillende fasen zoals het voorlopig ontwerp, definitief ontwerp enz. zijn vastgelegd in de iso-normeringen van Rooden Architecten.
Het plan wordt na het vaststellen van het ontwerp op de bouwkosten doorgerekend en indien nodig een keer aangepast. Na het vaststellen van het ontwerp wordt een toelichting gegeven aan alle gebruikers.
Naast de toelichting voor de gebruikers worden de omwonenden middels een tweetal informatie-avonden op de hoogte gehouden alsmede middels een regelmatige nieuwsbrief over de stand van zaken.
Wanneer de plannen in de uitvoeringsfase komen zullen de perceel- en contractteam-overleggen in een lagere frequentie doorlopen, e.e.a. volgens het voorbereidingsschema.
Tijdens de bouwuitvoering zal het bouwteam maandelijks een bouwvergadering houden waarvan de verslagen ook naar de leden van de perceelteams gestuurd worden.
In deze bouwvergaderingen wordt de stand van zaken van de uitvoering en de planning besproken, knelpunten worden opgelost etc.
En na 13 maanden zal een fantastisch gebouw gerealiseerd zijn waar kinderen blij van en naar school kunnen gaan en waar de buurt als geheel trots op kan zijn.